Een duurzame wijk kan niet zonder groene tuin
De duurzame ambities liggen hoog: al in 2010, toen de eerste fase Steenbrugge (vierhonderd woningen) op de tekentafel lag, werd besloten om gasloos te bouwen. De koopwoningen voorzien zelf in hun energiebehoefte via een warmtepomp en zonnepanelen. Ook het stedenbouwkundig plan ademt duurzaamheid uit. Regenwater infiltreert meteen op de eigen percelen en in wadi’s (greppels) aan de rand van het dorp. Een rioolsysteem voor regenwater is hierdoor overbodig. Omdat het oog ook wat wil, bevinden de parkeerplekken voor auto’s zich in de achterstraten of binnenhofjes. Groene hagen dienen als afscheidingen, in plaats van houten schuttingen.
Hitteplek
Kortom: alle seinen in Steenbrugge staan op groen. Of toch niet? Senior Locatiemanager Erik Makkinga van BPD: ‘We steken veel tijd, geld en energie in het openbaar gebied, maar wat er op privéterreinen gebeurt, is aan de bewoners.’ Een gemiddelde woonwijk – en in Steenbrugge is dat niet anders – bestaat voor 50 procent uit openbaar gebied en 50 procent uit privégebied. Trek van dat laatste de ruimte voor de woning af en je houdt 30 procent over: de tuin. Er valt dan ook veel winst te boeken als bewoners kiezen voor zoveel mogelijk groen. Makkinga: ‘Helaas hebben tegels vaak de voorkeur. Dat heeft een grote impact op de duurzaamheid. Het hemelwater stroomt snel de straat op en zomers is zo’n tuin een hitteplek. Bomen en heesters daarentegen zorgen voor natuurlijke verkoeling en vangen CO2 af. Ook krijgen insecten en andere dieren dan meer kans. Kortom: het effect van de keuzes die bewoners maken op het totale gebied, is enorm.’
Speeddate met hoveniers
BPD en Groei & Bloei sloegen de handen ineen en zetten een campagne op voor (nieuwe) bewoners van de koop- en huurwoningen in Steenbrugge, met steun van de gemeente en de provincie. Bij elke fase van oplevering is een informatieavond over de aanleg van een groene tuin. Soms met een speeddate met hoveniers. De bezoekers krijgen een voucher waarmee ze korting krijgen bij twee kwekers in de buurt. Het 26-plantenplan krijgt bekendheid via flyers. En onder bewoners van de 107 huurwoningen die tot nu toe zijn opgeleverd, zijn drie voorbeeldtuinen verloot. Samen met Groei & Bloei hebben de bewoners deze inmiddels aangelegd.
Landelijk zijn er campagnes om tegels uit tuinen te halen en te vervangen door beplanting. Maar nóg beter is het natuurlijk om meteen te kiezen voor een groene omgeving
26-plantenplan
Makkinga vroeg zich af hoe hij de bewoners van de koop- en huurwoningen mee kon krijgen in het streven om de wijk zo groen mogelijk te maken. In zijn zoektocht stuitte hij op de vereniging voor enthousiaste tuinierders Groei & Bloei, die een vergelijkbare ambitie heeft. De afdeling Deventer liet vorig jaar, ter ere van haar 125-jarig bestaan, een 26-plantenplan opstellen, afgestemd op de Sallandse bodem. Afdelingsvoorzitter Cor Koppert: ‘Landelijk zijn er campagnes om tegels uit tuinen en openbaar gebied te halen en te vervangen door beplanting. Maar nóg beter is het natuurlijk om meteen te kiezen voor een groene omgeving.’
Natuurinclusief bouwen
Van de 1.200 woningen die de wijk in de toekomst telt, zijn nu zo’n tweehonderd opgeleverd. Als Koppert door de wijk loopt, heeft hij de indruk dat bewoners in beweging zijn gekomen. Maar taai is het wel. ‘We brengen de boodschap positief en blijven dichtbij de beleving van de mensen: in een groene tuin kun je je beter ontspannen en er valt meer te beleven. Helaas laat niet iedereen zich overtuigen.’
De gezamenlijke campagne met als doel tuinen te vergroenen gaat de komende tijd door, deze loopt parallel aan de fasen van oplevering van de woningen. Om tussentijds het effect te meten, vindt binnenkort een onderzoek plaats onder de bewoners, uitgevoerd door Saxion Hogeschool. Makkinga verwacht dat het initiatief ook elders een vervolg krijgt. ‘De provincie Overijssel zet zich in voor natuurinclusief bouwen en toont belangstelling voor onze aanpak. En ook MVO Nederland is geïnteresseerd en wil dit onderwerp verder brengen. Dat stimuleert ons alleen maar om samen met bewoners door te gaan om nieuwe wijken groen te maken.’