'Iedereen moet eraan geloven dat energie opwekken zichtbaarder wordt in het landschap'
'De relatie tussen energie en landschap loopt de laatste jaren als een rode draad door mijn werk. Als Rijksadviseur voor het Landschap werd ik er indringend mee geconfronteerd. Met het College van Rijksadviseurs (2004-2008, red.) schreven we in 2007 een advies aan drie ministers – Gerda Verburg (LNV), Jacqueline Cramer (VROM) en Maria van der Hoeven (Economische Zaken) – over hoe het beste met de plaatsing van windturbines op land kon worden omgegaan. Toen was de problematiek al duidelijk. Hoe kunnen we de verschillende transities in samenhang een plek geven in Nederland? Dat advies – met onder meer de aanbeveling om met concentra- tiegebieden te gaan werken – werd in dank aanvaard, maar is helaas nooit gebruikt. In de publicatie Landchap en energie is nog een uitwerking op regionaal niveau gemaakt.’
Impact op het landschap
‘Er gaat nu veel aandacht uit naar windenergie op zee. Maar dat is niet voldoende. Er zijn ook windturbines en zonneakkers op het land nodig. Anders redden we de omzetting van fossiele naar duurzame energie niet. Ook moeten we meer inzetten op energiebesparing. Hoe dat allemaal ruimtelijk zijn beslag krijgt? Als we nog stroom uit het stopcontact willen hebben, moet iedereen eraan geloven dat het opwekken van energie zichtbaarder wordt in het landschap. Zonne-energie vraagt nu eenmaal om grote oppervlaktes. Dat zal een kwestie van wennen zijn.’ ‘Het lastige bij deze discussie is dat ze politiek nog onopgelost blijft. Er is geen onderdeel in het ruimtegebruik dat ideologisch zo is vergiftigd en politiek zo ter discussie staat als energie. Dat maakt een goede afweging erg moeilijk. Zelfs het vinden van goede onafhankelijke wetenschappelijke bronnen is al een uitdaging, hebben we gemerkt bij ons onderzoek. Neem kernenergie: daarvan zeggen sommige deskundigen dat het dé oplossing is. Maar wanneer je alle externe kosten meerekent is er nooit een rendabele businesscase mogelijk. Kortom: wie moeten we geloven?’
Iedereen moet eraan geloven dat energie opwekken zichtbaarder wordt in het landschap
Politieke doorzettingskracht
‘Voor mij is één ding duidelijk. We hebben op nationaal niveau politieke doorzettingskracht nodig om de energietransitie op lange termijn te doen slagen. De oplossingen zijn er wel. Kijk naar het plan dat in 2016 is gemaakt in het kader van de Internationale Architectuur Biënnale Rotterdam (IABR) om 25.000 windturbines op zee te plaatsen. Een geweldige troef- kaart waarmee we een overschot aan energie creëren dat hard nodig is om aan de vraag van bijvoorbeeld alle datacenters te voldoen. Tegelijkertijd moeten we dan wel veel beter kijken hoe die functies op het land een plek krijgen.' ‘Of dat lukt? Ik houd mijn hart vast. Bij de regionale energie- strategieën is een enorme kans gemist door het thema klimaat- adaptatie niet mee te nemen. De Nationale Omgevingsvisie ademt een zeer liberaal gedachtegoed waarin alle initiatieven van onderop mogen komen. Terwijl er alle urgentie is om thema’s als landbouw, voedselvoorziening, woningbouw en energie gezamenlijk op landelijke schaal op te pakken. We hebben in Nederland een indrukwekkende traditie van land- inrichting. Daar moeten we nu op voortbouwen. Ook de wel- licht wat minder voor de hand liggende oplossingen moeten daarbij worden verkend. De markt komt daarmee niet uit zichzelf. Daar zal de overheid zelf hard op moeten inzetten. Met het Rijk voorop.’